Oekraïne: bericht van de stadspredikant

 

Een kleine man

Weer een kleine man
Die over lijken gaat
Zijn droom van het leven,
meer lief gekregen,
dan het leven zelf,
…gerimpelde baboeshka’s op straat.

De eer was weg,
het Kremlin uit de gratie
de dorst groeide
naar een heilige Russische natie

Deze kleine man, deze tsaar 2.0, deze ridder, redder van het volk
deze voor het leven benoemde prins op het witte paard,
zet in zijn blote bast moedertje Rusland
trots weer op de kaart

O HEER behoed ons voor de woelingen
Van mensen zoals hij met heilige bedoelingen
Het gelijk aan zijn kant
Steekt rustig de graanschuur van de wereld in brand.

Waar kinderoffers worden gebracht,
is de afschuwwekkende Moloch aan de macht.
Waar een broedervolk wordt bespot en veracht,
Daar kom je Kain tegen,
meedogenloos bloedvergietend
met brute kracht.

Verwoesting en waanzin blijken te groot voor woorden in een gebed
Ik kom niet verder dan een hakkelend ‘Heer ontferm U’
De Geest zet mijn woorden in de wacht,
Een woord is snel te veel
Zucht maar met mij mee, zegt de Geest,
Gods stille Kracht.

Zuchtend schoten mij woorden te binnen
van een Nederlandse dichter
betekenisvolle en rake zinnen:

 

Opstanding

Zeggen ze dat Hij is opgestaan
waarom is de wereld dan dezelfde,
lijdt Hij zelf dan nog in al de zijnen,
sterft Hij dagelijks nog duizend doden,
altijd door zoals het immers is?

Weegt het lijden deze korte tijd
ook niet op tegen de heerlijkheid
die eens komen zal, is duizend jaar
als de dag van gisteren, als een droom,

altijd duurt die boze droom nog voort,
roept het bloed van Abel van de aarde,
wordt de stem in Rama weer gehoord,
altijd weer hetzelfde, Rachel weent
om haar kinderen die niet meer zijn.

En daar blijft mijn ongeloof bij staan,
dat ik net als Thomas twijfel,
enkel in zijn wonden Hem herken.

            – J.W. Schulte Nordholt




Ds. Pieter Versloot, Stadspredikant